Asjoera (ook wel Ashura) is de tiende dag van de eerste maand van het islamitisch jaar: 10 Muharram. Nadat op 1 Muhurarram (Islamitische Nieuwjaar) in de moskee het kerkelijke jaar is begonnen, wordt op deze dag pas echt nieuwjaar gevierd.
Asjoera is een dag van tegenstellingen, er heerst blijdschap om de dingen die moeten komen en verdriet om de dingen die voorbij zijn gegaan. Het wordt volgens de islam aanbevolen om een dag te vasten. Het is toch ook een gezellige dag, want veel mensen zoeken elkaars gezelschap op. Niet alleen in huis, maar ook op straat.
Op de ochtend van Asjoera kun je beter niet op straat vertonen. Je riskeert namelijk een nat pak doordat iemand een emmer koud water over je heen kiept, of je met een waterspuit probeert te raken. Want op Asjoera moet iedereen een bad nemen. Uit alle kranen van de hele wereld stroomt dan water uit de heilige bron de Zamzam bij Mekka. Overdag vast je, pas na zonsondergang mag je eten. Het vasten is een herdenking van de bevrijding van de profeet Mousa - oftewel Mozes - en zijn volk van de farao. De maaltijd wordt bij sommige stromingen van de islam gezien als herdenking van de laatste keer dat Noach at aan boord van de Ark.
Op Asjoera maken islamitische ondernemers de balans op van het afgelopen jaar. Daarna staan ze 2,5% van hun totale bezit af aan minderbedeelden. Hun gift kan bestaan uit een som geld, maar kan ook de vorm hebben van geschenken of levensmiddelen zoals bloem, suiker of olie. Er zijn mensen die op Asjoera een complete feestmaaltijd aanrichten voor de kinderen uit de buurt. Het afstaan van bezit, dat Zakaat (religieuze belasting) wordt genoemd, is een van de vijf pijlers van de islam.
Marokko
In het overwegend soennitische Marokko, vinden er op deze dag diverse niet religieuze rituelen plaats, die waarschijnlijk zijn overgebleven uit de pre-islamitische tijd (de Jahiliyya). Bijvoorbeeld baden in bronnen en rivieren, het ontsteken van vreugdevuren en het afschieten van vuurwerk.
Het is vooral een feest voor kinderen, ze krijgen allerlei cadeautjes die lawaai maken: trommels, fluitjes, rotjes, rammelaars en ratels, ook wel poppen en geld. 's Avonds eten de kinderen couscous klaargemaakt met de gedroogde staart van het schaap dat bij het Offerfeest is geslacht.